Goed samengevoegd
Werk in uitvoering
Het is een bijzonder gezicht, onze ‘Juffer’ in de steigers. Van de ‘Juffer’ zelf is nagenoeg niets meer te zien. Met een beetje verbeelding lijkt het wel alsof er een wolkenkrabber in aanbouw is. En het moet gezegd worden: die steigerbouw rondom de toren is een kunstwerk op zich. Toch is ze slechts functioneel. ‘t Gaat natuurlijk om de klus die geklaard moet worden. Het gaat om ‘de Juffer’ die in oude glorie hersteld wordt. Muurankers worden gerestaureerd, kapotte stenen worden verwijderd en goede bakstenen worden er weer ingemetseld. Onlangs vertelde één van onze kerkrentmeesters ons dat laatstgenoemde werk de naam ‘inboeten’ draagt. En vervolgens wordt dan, daar waar nodig, het voegwerk vernieuwd. Alles bij elkaar een enorm en indrukwekkend project! En straks, als de restauratie klaar is, dan worden de steigers weer afgebroken en dan staat ze daar weer: onze ‘Juffer’! Al ca. 7 eeuwen lang (!!) vormt zij het oude, vertrouwde baken van Onstwedde.
Wat een prachtig beeld is het om onze kerk(toren), juist in de dagen van en ná Pinksteren, omgeven te zien door steigers. Of je nu van Stadskanaal of Alteveer aankomt of van Ter Wupping, overal vandaan is het zichtbaar: ‘WERK IN UITVOERING’. Het is namelijk precies dit beeld dat de apostel Paulus in Efeze 2 gebruikt voor het werk van de Geest!
Fundering
Overigens staat Paulus eerst stil bij de fundering. Dat is Paulus ten voeten uit. Wie niet bij het fundament begint en op het goede fundament bouwt, bouwt op drijfzand. Hoe het met de fundering van onze ‘Juffer’ zit, weet ik eigenlijk niet. Maar gezien het feit dat de ruim 41 meter hoge toren, met z’n enorm dikke muren, al bijna 7 eeuwen kaarsrecht overeind staat, zal dat wel goed zitten. Met de fundering van het gebouw waarover Paulus schrijft, zit het zonder enige twijfel goed. Paulus zegt in vers 20 dat de gemeente van Christus “gebouwd is op het fundament van de apostelen en profeten, waarvan Jezus Christus Zelf de hoeksteen is.” Christus en Zijn volbrachte werk is de vaste grond, het onwankelbare fundament.
Groot bouwwerk
En dan volgen de verzen 21 en 22: “Op Hém (het fundament Christus) verrijst het hele gebouw, goed samengevoegd, tot een tempel in de Heere; op Wie ook u mede gebouwd wordt tot een woning van God, in de Geest.” Paulus heeft het voor alle duidelijkheid niet over een gebouw van steen, niet over een kerkgebouw of kerktoren, maar Paulus heeft het hier over het Koninkrijk van God. “De kerk van alle tijden en plaatsen”, in hemel en op aarde. In het Oude Testament begonnen bij Adam en Eva, via Noach en Abraham, zichtbaar geworden in de gelovigen van het volk Israël. Maar sedert Pinksteren heeft het zich uitgebreid tot alle uiteinden van de aarde, over alle volken. Paulus zegt: Gods Koninkrijk is één héél groot gebouw dat in aanbouw is. De ene steen (mens) na de andere steen (mens) wordt naar Gods gemaakt bestek, door de Heilige Geest, ingemetseld. Onder Zijn leiding en in de Naam van Jezus Christus, wordt er al eeuwenlang gewerkt aan dit immense bouwwerk.
Metselwerk
De woorden ‘goed samengevoegd’ blijven echter bij mij haken. In gedachten zie ik de bouwvakkers bezig aan de Juffertoren. ‘Goede stenen’ laten ze zitten; slechte, gebroken stenen worden verwijderd. En daarvoor in de plaats voegen ze andere ‘goede stenen’ in. Absoluut vakwerk! Nauwgezet en nauwkeurig wordt het hele bouwwerk nagezien. Nee, de Juffertoren wordt ondertussen niet groter. Daarin gaat het beeld van de restauratie dus mank ten opzichte van de bouw van Gods Koninkrijk. Gods Koninkrijk breidt zich iedere dag verder uit. Iedere dag worden er door de Heilige Geest aan het bouwwerk van Gods Koninkrijk nieuwe stenen toegevoegd. Gods Koninkrijk breidt zich dus niet alleen uit, nadrukkelijk dijt het ook uit.
Maar ondertussen klopt het beeld van de restauratie van onze ‘Juffer’ op een andere manier juist wél heel scherp met wat Paulus in Efeze 2 schrijft. Want bij die woorden ‘goed samengevoegd’ moeten we wel degelijk óók denken aan het werk dat de bouwvakkers momenteel aan onze ‘Juffer’ verrichten. De woorden ‘goed samengevoegd’ hebben, om het zo maar eens te zeggen, ook een waarschuwende kant in zich. Denk hierbij ook aan de gelijkenis van Jezus in Johannes 15, waar Jezus een ander beeld gebruikt voor Zijn Koninkrijk (de ware Wijnstok en de ranken). In lijn met wat Jezus dáár zegt, moeten we zeggen dat de Heilige Geest wel degelijk óók doet wat momenteel de bouwvakkers bij de ‘Juffer’ doen. Er vindt ook door Gods Geest vakkundige inspectie plaats en daarbij worden door Hem niet goede stenen (lees: niet levende stenen, ongelovige stenen, stenen die geen vrucht dragen) ‘uitgehouwen’ en ‘buitengeworpen’. En op grond van Paulus’ woorden in Romeinen 11, mogen we zeggen: in hun plaats worden vervolgens door Hem weer andere ‘stenen’ ingeboet.
Levende stenen
Jezus Christus is dé Levende Steen bij uitstek: de Hoeksteen, het Fundament. En wie gelovig leeft uit Hem, is zélf ook een levende steen geworden. Die weet zich door Woord en Geest ingevoegd in het immense Godsgebouw van Gods Koninkrijk. Maar het kenmerk van een levende steen is dat deze vrucht draagt! Vrucht van geloof en bekering. Zoals dat oude gezang er zó mooi van zingt: “De ware kerk des Heren weet zich in Hem gegrond en (door Gods Geest) bijeen vergaderd”, maar óók “offert zij allerwege, God lof en prijs.” Daarbij komt: levende stenen weten zich niet alléén en allereerst verbonden met Jezus Christus; levende stenen weten zich in Christus en in de Geest ook verbonden met de andere stenen van het Godsgebouw. Want één steen maakt geen gebouw. Néé, bijeengebracht door de Heilige Geest én bijeengehouden door de muurankers van geloof, hoop en liefde én verbonden met elkaar door het onmisbare cement van Woord, Geest en gebed, zijn zij ‘goed samengevoegd’ tot het éne, grote Godsgebouw! Toegevoegd of ingeboet, dát doet er uiteindelijk niet zoveel toe. Waar het om gaat is dit: blijken we bij inspectie van de Heilige Geest een levende steen? Zijn wij levende lidmaten van de ware Kerk des Heren?
De oplevering
De Geest van Pinksteren is dag in, dag uit aan het werk om ‘goed samen te voegen’. Anders gezegd: Gods Koninkrijk staat nog altijd in de steigers! Joden en heidenen worden toegevoegd en ingeboet. Totdat de laatste levende steen is aangebracht en het bouwwerk van Gods Koninkrijk ‘af’ is. Zo snel dat gebeurd is, worden de steigers afgebroken en dán zal Gods Koninkrijk in volle glorie zichtbaar worden, neerdalen en van alle kanten gezien worden. Die dag nadert snel!
Ds. G. van den Berg